In Gen. 20:7 en Job 42:8 spoort God zelf aan, om het gebed van anderen te vragen. In Col. 4:3 en Ef. 6:18-19 vraagt St. Paulus aan de christenen, om voor hem te bidden. In Tim. 2:1-6, de tekst waarin hij zegt, dat God de zaligheid van alle mensen wil en dat Christus de enige Middelaar is voor alle mensen, dringt hij erop aan, zoals wij reeds zagen (deel 2, nr. 15), dat men voor allen, vooral voor de overheid, zal bidden. Dat men onder de levenden voor elkander bidt, is dus niet in strijd met Christus' enig Middelaarschap. Maar waarom zou het gebed van overledenen verzoeken, dan wel daarmee in strijd zijn?
Het gebed tot de heiligen noemen wij niet noodzakelijk, zoals de Protestanten menen, maar wel zeer nuttig. Geen enkel gebed op zich genomen is noodzakelijk, God weet ook zonder ons gebed wat wij nodig hebben. Niettemin spoort God in de H. Schrift dringend tot gebed aan, opdat wij daardoor onze hulpbehoevendheid ten opzichte van Hem zullen erkennen. Het is dus geen mistrouwen van God, maar van onszelf. Deze nederigheid tonen wij vooral als wij anderen voor ons laten bidden, om aldus ons gebed aan te vullen. Het beste kunnen wij dat dan aan de heiligen vragen, omdat die door hun heiligheid aangenamer aan God zijn.
Christus heeft de genaden verdiend. Hij kan daarom alle gunsten uitdelen, de heiligen hebben het te vragen om de verdiensten van Christus. Hij blijft dus Middelaar. Dit drukken de Katholieken uit in al hun gebeden. Zie de litanieën tot de heiligen, een onophoudelijk "bid voor ons", maar in de litanieën tot Christus "ontferm U over ons". In de H. Mis en in het breviergebed der priesters, dus in het officieel gebed van de Kerk, begint ieder gebed tot een heilige met een aanroeping tot God en eindigt het met het gevraagde te verhopen "door Christus onze Heer". In zeer veel gebeden wenden de Katholieken zich ook rechtstreeks tot Christus.
• H. Cyrillus van Jerusalem in "Catecheses", 23, 9: "Zijn wij vervolgens ook indachtig hen die ontslapen zijn: vooreerst de aartsvaders, profeten, apostelen, martelaren, opdat God door hun gebed en tussenkomst ons gebed aanvaarde; vervolgens ook voor de overleden heilige vaders en bisschoppen en allen kortom die onder ons hun leven geleid hebben, in het geloof, dat de zielen, voor wie het gebed gestort wordt, allergrootste hulp gewordt, terwijl hier het heilige en ontzagwekkende slachtoffer ligt."
Bron: http://www.stpiusx.be/protestantse-opwerpingen-tegen-de-katholieke-kerk (met toestemming overgenomen)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten