vrijdag 17 februari 2012

Dat moet toch kunnen...

Voor orthodoxe protestanten, zoals gereformeerden en hervormden, is het rooms-katholieke geloof nogal werelds en ‘gemakkelijk’. Van alles en nog wat moet kunnen. Katholieken gooien zich vol met alcohol, vooral tijdens carnaval. Zij gaan alleen met kerst en pasen naar de kerk of als ze gaan trouwen. En ze vloeken er lustig op los. En zo zou ik nog wel even door kunnen gaan. Deels klopt dit beeld. De gemiddelde katholiek neemt het helaas niet zo nauw met de kerkelijke en morele regels. Een schande, die de katholieke Kerk in Nederland aankleeft en Haar missionaire karakter ernstig aantast.

Ik wil hier echter geen vergelijking maken tussen een protestant en een katholiek, als zou de één vromer en geloviger zijn dan de ander. Je hebt nu eenmaal vrome en goed levende protestanten, zoals je ook vrome en gelovige katholieken hebt; evenals het tegendeel daarvan. Maar ik wil hier aantonen, dat de protestantse manier van leven en geloven losser en wereldser is dan de katholieke. Tevens wil ik aannemelijk maken, dat het protestantisme als stroming een begin vormt van de secularisatie die nu in volle omvang doorwerkt. Laat ik enkele voorbeelden geven.

Zojuist sprak ik al over het carnaval, maar vergeten wordt vaak – ook door katholieken – dat het carnaval een inleiding is op de vastentijd. Een periode van veertig dagen, waarin gevast en gebeden wordt om ons zo voor te bereiden op het paasfeest. Voor de protestant hoeft dit allemaal niet. Hij kan en mag elke dag eten wat hij wil; of het nu vrijdag of een tijd van vasten is of niet. Hierin lijkt overigens sinds een jaar of vijf een kentering te komen (zie bij voorbeeld dit artikel en deze meditatie). Feit blijft echter, dat de katholieke Kerk altijd heeft vastgehouden aan de gewoonte van vasten, die in het Oude Testament en in de vroegchristelijke Kerk gebruikelijk was, terwijl de protestanten het vasten ‘en masse’ hebben laten vallen.

Deze gewoonte van onthouding, om je aan God te wijden in gebed, is ook op het seksuele gebied bij protestanten niet of nauwelijks aanwezig. De Bijbel leert dat seksuele onthouding past bij reinheid, je voorbereiden op het ontmoeten van God. Toen de Heer op de berg Sinaï verscheen, kwam Mozes eerst van de berg af en “zorgde er voor, dat het volk zich reinigde en zijn kleren waste, en beval hun: ‘Houdt u gereed voor overmorgen, en laat niemand een vrouw naderen’” (Ex. 19, 14-15). Dit als voorbereiding op het ontmoeten van God en het ontvangen van de Tien Geboden. En de H. Apostel Paulus leert ons in 1 Kor. 7 dat het goed is te trouwen, maar beter om ongetrouwd te blijven (vers 38), zodat je je geheel kunt wijden aan de dingen des Heren (vers 34). De katholieke traditie van celibaat voor priesters sluit hier goed bij aan: de priesters kunnen zich volledig wijden aan de dingen des Heren, zonder dat ze zich druk hoeven te maken over het behagen van hun vrouw.

De waarde van onthouding en zelfbeheersing is ook te zien in de katholieke visie op geboortebeperking. Iedereen weet dat ‘de paus tegen condooms is’. De katholieke Kerk heeft vastgehouden aan de natuurlijke – van God gegeven – samenhang tussen het H. Huwelijk, trouwen, geslachtsgemeenschap en kinderen krijgen. Anticonceptie door middel van de pil, condooms et cetera zijn dan ook uit den boze. Zo niet voor het overgrote deel van de protestantse kerken. Zij zien geen probleem in het gebruik van anticonceptie om het kindertal te reguleren volgens eigen maatstaven.

Zo is ook de huwelijksvisie in de protestantse kerken steeds vrijzinniger geworden. Heel de vroegchristelijke Kerk leerde dat het huwelijk een levenslang verbond (contract) is, dat slechts door de dood ontbonden wordt. De vrouw is dan ook aan haar man gebonden zolang deze leeft (1 Kor. 7, 39). Maar Luther en Calvijn braken met deze Bijbelse lijn en lieten hertrouwen na overspel van de echtgeno(o)t(e) toe. Calvijn stond de Italiaanse vluchteling Galeazzo Caracciolo toe om van zijn vrouw te scheiden, omdat ze weigerde afstand te nemen van het rooms-katholieke geloof. En de anglicaanse kerk is ontstaan doordat de paus niet toestond dat koning Hendrik VIII zou trouwen met zijn maîtresse Anna Boleyn. In de anglicaanse kerk heeft men in de geloofsbelijdenis opgenomen dat het huwelijk na overspel ontbonden is, waarna de ‘onschuldige’ hertrouwen mag (“In het geval van overspel in het huwelijk is het gerechtvaardigd voor de onschuldige partij om echtscheiding aan te vragen en om, na de echtscheiding, iemand anders te trouwen, alsof de schuldige partij dood is” (WCF XXIV.V). Een gemakkelijker manier om je huwelijk te ontbinden, is er bijna niet.

Deze vrijzinnigheid is ook te zien in het gebruik van de Bijbel. Nu zal de gemiddelde protestant veel meer in de Bijbel lezen dan de gemiddelde katholiek in Nederland. En hij zal het principe van sola scriptura (het principe dat de Bijbel de enige bron van goddelijke openbaring is) met hand en tand verdedigen. Maar waar was de eerbied voor de H. Schrift toen er zeven boeken uit de Bijbel gescheurd werden, namelijk de zogenaamde deuterocanonieke boeken? Deze boeken werden vanaf de eerste eeuwen van het christendom gezien als deel van de goddelijke Openbaring. Maar niet door Luther, die er eigenmachtig een streep doorheen zette.

Protestanten zijn gewend op zondag twee maal naar de kerk te gaan en in een enkele traditionele gereformeerde kerk heb je nog wel eens een kerkdienst door de week. Katholieke priesters zijn echter gehouden om elke dag een H. Mis op te dragen. Tot de jaren 1960 ging een goed katholiek elke dag naar de kerk. ’s Ochtends opstaan en niet eten (vasten!), dan naar de H. Mis en vervolgens eten en naar je werk of school. Dat was de regel. Alhoewel er ook nu door de week in veel katholieke kerken H. Missen worden opgedragen, is het niet langer overal mogelijk om elke dag naar de H. Mis te gaan. De Nederlandse kerkprovincie is zwaar aangetast door de secularisatie en door de verprotestantisering.

Het kerkgebouw is voor een katholiek niet slechts een stapel stenen, maar is de woonplaats Gods. Een heilig en gewijd gebouw, dat slechts met gepaste eerbied betreden mag worden. Zo niet voor de protestant, die in een kerk rustig profane activiteiten toelaat. Voor hem is er dan ook weinig reden om te knielen; noch bij binnenkomst; noch gedurende het gebed in de kerk. Zo is de verwereldlijking ook het kerkgebouw binnengedrongen. Sinds de Reformatie is het dan ook een goed gereformeerd principe om tijdens vrijwel de gehele kerkdienst te zitten. Anders gezegd: “seit der Reformation hat sich das Schwerpunkt der Liturgie im Hintern verlegt.” Dit in tegenstelling tot de goddelijke liturgie in de katholieke Kerk, die een afspiegeling is van de hemelse liturgie (Hebr. 8).

Laten alle gelovigen zich weer verenigen in de enige ware Kerk, de Rooms-katholieke Kerk. Om zo terug te keren tot het aloude geloof van onze voorvaderen en de rijke Traditie die we gekregen hebben om Haar te bewaren.

2 opmerkingen:

Jaime zei

De Bijbelse lijn. Er staat ook geschreven, in Mattheus 19:9: 'Maar Ik zeg u, dat zo wie zijn vrouw verlaat, ANDERS DAN OM HOERERIJ, en een andere trouwt, die doet overspel, en die de verlatene trouwt, doet ook overspel.'
Misschien een reden om de Traditie niet als Goddelijk te beschouwen? :-) Hoe gaan Katholieken om met bovenstaande tekst?
Jaime

Hugo Bos zei

Eigenlijk weet ik niet hoe Katholieken met deze tekst omgaan. Maar duidelijk is in ieder geval uit heel de H. Schrift dat het H. Huwelijk een levenslange verbintenis is (1 Kor. 7: 39 en Rom. 7: 2-4). Hertrouwen mag dan ook niet tijdens leven van de echtgenoot (1 Kor. 7: 10, 11, Mar. 10: 12). Een uitgebreide reactie op bovenstaande tekst heb ik hier geplaatst: http://verbond.blogspot.com/2011/03/uitleg-matt-19-9.html