DERDE
GEDEELTE – Enkele hoofdpunten van het verschil tussen Katholieken en
Protestanten.
Het is niet onze bedoeling hier alle punten te bespreken,
waarin de leer van de Protestanten in het algemeen van de leer van de
Katholieke Kerk afwijkt. Wie het vorige ernstig heeft overdacht, moet overtuigd
zijn, dat onder alle kerken die zich christelijk noemen, de Katholieke Kerk de
enige ware is, en men dus met onderwerping en liefde moet aannemen, alles wat
God ons door middel van haar laat geloven: “Wie u hoort, hoort Mij, wie u
versmaadt, versmaadt Mij!” (Luc. 10, 16)
Wij willen daarom alleen degene die al overtuigd zijn,
krachtig bevestigen, of liever, sommige bezwaren wegnemen, die op bepaalde
punten gemaakt kunnen worden; en het daarom kort hebben over meer algemeen
bekende leerstukken en instellingen, om te laten zien, hoe redelijk de leer van
de Katholieke Kerk is en hoe ongegrond daarentegen de leer van de Protestanten.
Voor veel niet-katholieke lezers zal hierdoor ook de ware leer van de Kerk wat
die leerstukken en gebruiken betreft, duidelijk worden.
Hier wat wij in het kort zullen bespreken:
1. De Bijbel
2. Het
geloof en de goede werken
3. De Biecht
en de Aflaten
4. Het
vagevuur
5. Het H.
Sacrament van het Altaar
6. De
verering van de Heiligendag
7. De
wonderen
EERSTE HOOFDSTUK - DE BIJBEL
§35. De grondregel van de Protestanten, dat de Bijbel alleen genoeg is om te weten wat wij moeten geloven, valt om veel redenen niet te verdedigen.
§35. De grondregel van de Protestanten, dat de Bijbel alleen genoeg is om te weten wat wij moeten geloven, valt om veel redenen niet te verdedigen.
De Hervormers verwierpen het leergezag van de Kerk en het
gezag van de Apostolische Overlevering als bron van de geopenbaarde waarheid.
En wat kwam daarvoor in de plaats? De Bijbel en het vrije onderzoek. Terwijl de
Katholiek als geloofsregel het woord van God aanneemt in de H. Schrift, de
Apostolische Overlevering en verkondigd door het onfeilbaar leergezag van de
Kerk, d.i. het geschreven en ongeschreven woord van God zoals de onfeilbare
Kerk dit voorstelt, verwerpt de Protestant het ongeschreven woord van God,
zodat hij alleen de bijbel overhoudt, en stelt hij, i.p.v. het leergezag van de
onfeilbare Kerk, ieders persoonlijke opvatting en rede als komende van de
Heilige Geest.
Hij stelt dus het gezag van iedereen afzonderlijk in plaats
van het gezag van de Kerk, en terwijl hij ontkent dat de Kerk door de H. Geest
voor dwaling wordt behoed, wijst hij de bijstand van de H. Geest aan iedere
gelovige bijbellezer toe, waardoor deze wel niet echt onfeilbaar wordt, maar toch
het woord van God zo verstaat hoe het hem het beste lijkt.
Bij deze bijzondere bijstand van de H. Geest zullen wij niet
lang stilstaan, maar ons beperken tot de eenvoudige opmerking dat deze niet
bewezen wordt, niet noodzakelijk is en als hij bestond, aanleiding zou geven
tot de meest tegenstrijdige meningen, zoals uit de geschiedenis van de
Hervorming duidelijk blijkt. We zien dit namelijk al bij haar opkomst.
Uit dezelfde woorden van de H. Schrift, haalde namelijk de één vaak de tegenovergestelde leer
van die, die een ander daarin dacht te
vinden. Maar Gods Geest kan zich niet tegenspreken. De bewering dat iedere
gelovige Bijbellezer bij zijn opvatting van de woorden van de H. Schrift door
Gods Geest zou worden geleid, is dus zeker in strijd met de waarheid.
Maar laten we nu eens even de volgende grondregel uitdiepen:
De Bijbel, de Bijbel alleen, is genoeg om de mens te leren wat hij op Gods
gezag wel of niet moet geloven.
Wat zou hier vanzelfsprekend op volgen? Zoals ik net al zei,
werd de Bijbel, die op veel plekken onduidelijk is, al snel, zelfs waar het om
de belangrijkste waarheden ging, door de één zo en door de ander in
tegenovergestelde zin verstaan en uitgelegd. Iedereen die goed kon praten of
schrijven, kreeg aanhangers voor zijn denkwijze en vormde een sekte, en wat de
één verdedigde, werd straks door een ander ontkend. Wie bezat nu de waarheid?
Iedereen tegelijk? Dat kon niet. Door wie en hoe moest dan de zaak opgelost
worden en die onderlinge geschillen uit de weg geruimd? Door het gezag van
Luther of Calvijn? Maar het stond nu eenmaal vast, dat het geschreven woord van
de Bijbel alleen genoeg was, en iedereen het recht had, om dat geschreven woord
naar zijn eigen inzicht te verklaren. Elke verplichtend leergezag had men als
een onnodige ballast overboord gegooid. Men hoefde zich dus niets aan te
trekken van het gezag van Luther of Calvijn of wie dan ook[1].
Daarom is het hoofdbeginsel van het Protestantisme, dat het
geschreven woord van de Bijbel genoeg is om de mens te leren wat hij wel of
niet moet geloven, en dat iedereen bevoegd is om op eigen gezag uit de Bijbel
zijn godsdienstleer te halen – geen gezonde of heilige, maar een
verderfelijke leer: omdat zij uit haar aard moet leiden tot
de grootste verwarring op godsdienstig gebied. Zij maakt op deze manier van de
Bijbel, hoe heilig die op zichzelf ook is, een bron van de meest noodlottige
verdeeldheden.
En bleef het hierbij; maar het kan bijna niet anders of deze
godsdienstige verdeeldheden moeten op hun beurt aanleiding geven tot iets dat
duizendmaal erger is, namelijk de godsdienstige onverschilligheid. Als
tegenwoordig nl. een Protestant de waarheid wil zoeken tussen al die
uiteenlopende sekten en leringen die het Protestantisme heeft voortgebracht,
dan ligt het voor de hand dat hij de moed in de schoenen laat zinken en
moedeloos zegt: ‘met al dat geharrewar word ik niets wijzer. Ik geloof, net
zoals de meeste andere Protestanten, dat Christus werkelijk God is, maar wat ik
voor de rest nog moet geloven, kan ik niet achter komen, en zal daarom wel niet
zo nauw luisteren.’
Maar, lezer, wij hebben al eerder gezien dat zulke taal niet
alleen dwaas is, maar ook goddeloos. Want als Christus werkelijk God is,
luistert het namelijk wel nauw wat wij geloven en of wij ons bij Zijn Kerk
aansluiten of niet; dan is het voor ons een grote plicht de leer die Hij
verkondigd heeft te geloven, en ons te onderwerpen aan het gezag van de Kerk
die Hij gesticht heeft. Dan kan dus ook een beginsel, waaruit een godsdienstige
onverschilligheid volgt, niet de ware zijn.
Nog een paar vragen.
Als men de Openbaring alleen uit de Bijbel en door het
Bijbellezen kan leren kennen, hoe moeten dan degenen die niet kunnen lezen
zalig worden? Hebben zij aan die Openbaring misschien geen behoefte?
Als de Bijbel alleen moet bepalen wat men wel of niet moet
geloven, waaraan moet men zich dan houden als, zoals vaak het geval is, de
woorden van de Bijbel onduidelijk zijn of meer uitleg vragen? Hoe komt men dan
te weten wat de Bijbel eigenlijk bedoelt? De Bijbel zelf bepaalt dat niet. Kijk
toch eens, lezer, in ons burgerlijk wetboek heeft men met de grootste zorg
geprobeerd alle onduidelijkheden te vermijden, en toch is dat wetboek alleen
niet voldoende. Iedereen begrijpt namelijkdat er behalve dat boek nog levend
gezag moet zijn, d.w.z. rechters, die vanwege het hoofd van de Staat de wettige
macht en bevoegdheid bezitten om bij onenigheid te beslissen over de juiste zin
van het woord, en daardoor het volk beschermen tegen verkeerde uitleggingen en
dwaze toepassingen.
Denk hier eens serieus over na en vertel mij oprecht of het
beginsel: ‘de Bijbel alleen’ te verdedigen valt.
[1] In zijn
Tafelgesprekken (Uitg. V. 1566, blz. 5) beklaagt Luther zich dan ook dat
,adelijken, burgers, boeren en bijna iedereen van hogere en lagere stand, zich
verbeelden het Evangelie veel beter te kennen dan hij, doctor Luther, of St.
Paulus zelf,’ Verg. De Katholiek 1883 blz. 268.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten