zaterdag 2 december 2017

§ 59. Kan de Katholieke Kerk tegenwoordig nog steeds met trots wijzen op wonderen?

Dat kan zij ongetwijfeld. Men is absoluut niet verplicht meteen elk wonder te geloven wat door de eerste de beste wordt verteld; Integendeel, we moeten daarbij, zoals het gezond verstand vereist, heel voorzichtig te werk gaan.

Maar, ook al moet men hiermee voorzichtig handelen, is het ook zo dat het kinderachtig en belachelijk is om gewoon alle wonderen te bestempelen als onnozele verzinsels, of zoals ook wel eens gezegd wordt: ik geloof niet in wonderen als ik het zelf niet heb gezien. Zo spreken is gewoon bespottelijk. Waarom? Omdat er veel wonderen zijn, waarvan de waarheid op z’n grondigst is onderzocht en door de meest geloofwaardige getuigen onder eed is bevestigd; om dan te zeggen: ik geloof het niet omdat ik het niet gezien heb, is hetzelfde als wanneer iemand zeggen zou: ik geloof niet dat Napoleon de slag bij Waterloo heeft verloren want ik ben er zelf niet bij geweest, ik heb het zelf niet gezien. Dat is kinderachtig.

Stelt u zich eens voor, u, A, heeft met eigen ogen een wonder gezien, dus u gelooft het. Dat kan, maar B heeft het niet gezien en C net zo goed niet, enz. Wat moet men dan, als zij ook niet geloven zonder het gezien te hebben. Kortom, waar moest het heen als men geen waarde hechtte aan het goed gewaarborgd getuigenis van anderen? Wat zou er overblijven van de hele geschiedenis, als men alleen datgene zou geloven wat men zelf gezien had? Er gebeuren namelijk voortdurend miljoenen dingen, waarvan men (vooral ’s nachts) heel weinig zelf te zien krijgt. Is het nu gepast en mogelijk om dat allemaal te loochenen of te betwijfelen? In veel gevallen moeten wij dus wel bouwen op andermans getuigenis; en net zoals het gepast is op dit getuigenis te steunen als het inderdaad geloofwaardig is, net zo onzinnig is het in hetzelfde geval zo’n getuigenis te verwerpen.

Ik wil het volgende opmerken om te bewijzen dat er in de Katholieke Kerk door de eeuwen heen ware wonderen zijn gebeurd, en nog steeds gebeuren: U weet dat de Katholieke Kerk duizenden Heiligen heeft, en dit wordt steeds meer. Er gaat geen jaar voorbij of er wordt door de Kerk wel één of meer van haar kinderen heilig verklaard, en hiermee dus voor de gelovigen ter verering wordt voorgesteld. Welnu, er wordt, volgens de eeuwenoude wetten en gebruiken, niemand heilig verklaard zonder dat zijn heiligheid is bevestigd door verschillende wonderen. En hoe gaat de Kerk te werk bij het onderzoeken van zulke wonderen? Zo voorzichtig en streng, dat het de scherpste kritiek te schande zet. Ik verzeker u dat er geen enkel gerechtshof in de wereld is, dat om zeker van zijn beslissing te zijn, zoveel voorzorgsmaatregelen neemt als de Kerk doet bij haar onderzoek naar de authenticiteit van deze wonderen. Dit onderzoeken gebeurt altijd door de meest bekwame en geleerde mannen. Hun beslissing wordt opnieuw voorgelegd aan het oordeel van andere geleerden. En dan wordt er ook nog altijd iemand aangesteld om alle moeilijkheden uit te denken en op te werpen, die tegen de echtheid van die wonderen zouden kunnen worden ingebracht. Hiermee duurt zo’n onderzoek vaak niet alleen dagen en weken, maar vaak vele jaren.

Het volgende mag voor u een voorbeeld zijn dat de Kerk bij het beoordelen van wonderen met de uiterste zorg te werk gaat:

Kardinaal Lambertini (later Paus Benedictus XIV) ontving eens een bezoek van een geleerde Engelse Protestant. Dit was net op het moment dat men in Rome bezig was met de voorbereidingen van een heiligverklaring. De wonderen, waarop deze heiligverklaring moest steunen, waren goed onderzocht en in een groot boek uiteengezet.

Dat boek lag voor de Kardinaal op tafel en hij bood het de Engelsman aan, om, als hij wilde, er eens in te kijken. Deze nam het mee naar huis en las het heel aandachtig door. Toen hij het aan de Kardinaal teruggaf, vroeg deze hem: ‘Wat denkt u over de wonderen waarover u in het boek gelezen hebt?’ ‘Nou’ zei de Engelsman, ‘als alle wonderen die de Katholieke kerk erkent, zo goed onderzocht en zo duidelijk bewezen worden als deze, dan kunnen we ze gerust aannemen en dan heeft niemand het recht om met de wonderen in de Katholieke Kerk te spotten.’ Daarop zei de Kardinaal: ‘Dan moet ik u zeggen, dat de Katholieke Kerk in haar beoordeling veel strenger te werk gaat dan u, want van alle wonderen in dit boek, is er geen één die door de Kerkelijke rechtbank als ‘voldoende bewezen’ wordt beschouwd. Zij vond ze allemaal te twijfelachtig en als er dus geen duidelijkere wonderen gebeuren, zal diegene op wie zij betrekking hebben, nooit door de Kerk worden heiligverklaard.’ De geleerde was hierdoor volkomen verslagen en bekende eerlijk dat hij alleen uit louter vooroordeel, tot nu toe had getwijfeld aan de authenticiteit van de door de Katholieke Kerk erkende wonderen.

De Katholieke Kerk (en zij alleen) heeft dus ware wonderen, waaronder er duizenden zijn waarvan de authenticiteit door zulke harde bewijzen wordt aangetoond, dat men ze niet in twijfel kan trekken zonder zichzelf belachelijk te maken. We hebben dus gezien dat God geen wonderen kan doen in het voordeel van een valse godsdienst; want dan zouden de mensen door God zelf worden aangespoord tot het aanhangen van een valse godsdienst en dus door God zelf worden bedrogen. Daarom bewijzen die wonderen, die in het voordeel van de Katholieke Kerk gebeurden en nog gebeuren, dat die Kerk de ware Kerk is, door Christus, de Zoon van God, gesticht.

SLOTWOORD

En nu, lezer, wil ik nog één keer herhalen wat ik aan het begin van het boekje heb gezegd: Heeft u werkelijk de zaligheid van uw onsterfelijke ziel lief, bewandel dan de weg die u daarheen leidt. Die weg is het leven in de ware Kerk van Christus. Heeft u gegronde redenen om te twijfelen of u zich in die ware Kerk bevindt, onderzoek dan oprecht, ernstig en volhardend, totdat u over dit allesbeslissende punt, absolute zekerheid hebt ontvangen. Combineer dit onderzoeken met nederig en volhardend te bidden, dat God uw verstand zal verlichten om de waarheid te kennen; Hij uw wil sterk maakt om de gevonden waarheid te omhelzen, te belijden en tot richtsnoer van uw leven te maken. Zo zult u die rust vinden, die u alleen door het bezitten van de waarheid kunt ervaren, zowel hier als in het hiernamaals.

1 opmerking:

Ruud zei

Ik wist wel dat de kerk secuur te werk gaat bij het toekennen van het predicaat 'wonder', maar dat het zo streng gebeurt wist ik niet. Met reden natuurlijk: zo wordt de geloofwaardigheid van een wonder niet in twijfel getrokken.